Beschrijving van Gildenhuis der metselaars GENT / BELGIË:Johan De Bock: 'Dit is het originele Metselaarshuis.
In de aanloop van de Wereldtentoonstelling 1913 in Gent bracht men in 1912 een kopie van de gevel aan op de Graslei (nr. 8, Huis Den Enghel).
Men dacht toen dat deze originele gevel verdwenen was - in 1852 had men aan dit huis nogal ingrijpende wijzigingen aangebracht. Het was toen mode de 'lelijke' middeleeuwse gevels onder een pleisterlaag te verbergen, trapgevels waren uit de mode en werden vervangen door lijstgevels... alles moest er wat meer 'renaissance' uitzien...
Bij verbouwingswerken rond 1975 vond men echter -tot ieders verbazing- de originele gevel terug (min de trapgevel).
De verbouwingsplannen werden dan maar aangepast, en de gevel hersteld in zijn oude glorie. Wel werd er aan de kant van de St. Niklaasstraat een 'moderne' toevoeging gedaan in glas - sommigen vinden dit een prachtig staaltje van integratie van oud en nieuw in het stadsbeeld, anderen denken eerder in termen van tangen en varkens... maar over smaak valt niet te twisten.
Het Metselaarsgilde had zich hier gevestigd vanaf 1432. In 1526 wilden ze hun gebouw wat meer uitstraling geven door er een pronkgevel voor te zetten - ze waren immers metselaars en ze toonden dat graag. De restauratie begon in 1976 met het heroptrekken van de trapgevel, en werd in de loop van 1991 voltooid met de afwerking van de nieuwbouw achter de gevel (kantoren en appartementen).
De bronzen beelden op de spitsen zijn van de Gentse volkszanger en stadsbeeldhouwer, Walter De Buck.
Let wel: de gevels in Cataloniestraat en Graslei zijn niet identiek: zo zit de ingang op een andere plaats, er is een andere toegangstrap, en de gevelhoogte verschilt ook sterk (de gevel op de Graslei moest immers passend gemaakt worden voor het achterliggende huis, dat beduidend hoger was). '
Bouwtechnisch wordt deze gevel gezien als het werk van Christoffel Vanden Berghe, en zit die op de overgang tussen laatgotiek en renaissance. De originele onderbouw is gebouwd in Balegemsteen. Die staat echter nog op een 13e eeuwse kelderverdieping in Doornikse kalksteen.
De gevelopbouw is nog de gotische skeletbouw met waterlijsten, blind maaswerk en wapenschilden als versiering op de borstweringen. De voluutachtige versieringen (bogen) tussen de verhoogde pinakels zijn renaissance elementen.
De bronzen, dansende figuren op de pinakels zijn het werk van Walter De Buck. De achterliggende nieuwbouw werd gebouwd volgens de plannen van Dirk Bontinck in 1990-1991.
Français
English
  
|
