Deze familie was een familie van beeldhouwers, gespecialiseerd in barok kerk-meubilair. Pieter de Oudere werd te Antwerpen gedoopt op 5 mei 1615, en overleed er op 31 oktober 1686. Hij was mogelijk leerling, maar in ieder geval schoonzoon van Erasmus Quellin. Hij was op zijn vlak één van de belangrijkste vertegenwoordigers van de Vlaamse barok, en leidde vele mensen op. Voor hem was het altaar geen wandmeubel meer, maar een afzonderlijk monument. Hij was er niet vies van om onder een barok uiterlijk terug te grijpen naar een klassieke opbouw. Pieter de Jongere was een zoon van Pieter de Oudere. Pieter de Jongere werd te Antwerpen geboren op 17 augustus 1648, en overleed er op 6 oktober 1691. Nadat hij in 1660 meester werd, reisde hij een poosje naar Italië. Zijn krachtig, barokke werk vertoont een grote artistieke begaafdheid. Hendrik Frans was een andere zoon van Pieter de Oudere. Hendrik Frans werd te Antwerpen geboren op 30 april 1654, en overleed er op 12 december 1724. Hij wordt beschouwd als één van de meest toonaangevende beeldhouwers van de laatbarok. Hij verving soms het centrale schilderij van een altaar door een beeldengroep. Hij zette ook de eerste stappen naar de 'naturalistische' preekstoelen, in die zin dat hij de voorheen zichtbare constructie verborg achter plantaardige en dierlijke elementen. Volgens sommige bronnen waagde hij zich ook aan architectuur.