Beschrijving van Ongeschoeide Karmelieten (kerk en klooster) GENT / BELGIË:Rond 1640 hadden de Karmelieten met een splitsing te maken: de
Ongeschoeide Karmelieten scheidden zich af van de 'gewone' Karmelieten. In 1651
kochten de Ongeschoeide Karmelieten een deel van het Prinsenhof, en tussen 1664 en
1687 trokken ze er hun klooster op.
Nadat ze eerst een voorlopig kerkgebouw betrokken, werd in 1703
besloten om een monumentale kerk in classicistische op te trekken,
volgens de plannen door Broeder Leonardus van Langenhove.
Het werd een driebeukige, basilicale kerk. De strenge
voorgevel in zandsteen, komt streng over. Het midden is bekroond door
een driehoekig fronton. De gevel is een goed voorbeeld van evenwicht
tussen verticalisme (bekomen door dubbele composiete
pilasters en hoge obelisken op de hoeken), en
horizontalisme (bekomen door horizontaal lijstwerk). In
de bovenste geleding komt het wapenschild van de Karmelieten voor. De
vleugelstukken boven de zijbeuken zijn versierd door een
grote voluut.
Het portaal, centraal in de voorgevel, wordt omgeven door
halfzuilen, die een gebogen fronton dragen met daarop een
siervaas.
De zijgevels zijn in baksteen opgetrokken, met
segmentboogvensters.
Het interieur is harmonieus uitgevoerd, met rondboogvormige
scheibogen op Toscaanse zuilen. Voor de overkluizing koos
men kruisribgewelven, gescheiden door gordelbogen.
Het interieur werd in Louis XIV aangekleed.
's Nachts wordt de gevel fraai verlicht. Johan De Bock:
'Het terrein waarop deze kerk gebouwd werd, behoorde in de 12e eeuw toe aan de
Tempeliers (die hun 'tempel' aan de Lange Steenstraat hadden - het Tempelhof).
' Frits Schetsken: 'Het deel van het Prinsenhof dat de ongeschoeide karmelieten
kochten was de Leeuwenmeers. Die heette zo omdat het een stukje van een dierentuin
was die bij het Prinsenhof hoorde, waar ooit leeuwen werden gehouden. Onder andere de
leeuwen die Karel V rond 1550 had gekregen van de bey van Tunis. Die leeuwen werden
ondergebracht in het Leeuwenhof en de resten daarvan bestaan nog steeds achter in de
kloostertuin van de karmelieten. Af en toe bij Open Monumentendagen kan je ze gaan
bezichtigen. Wellicht groeien er nog leeuwenbekjes, maar al wat kan brullen is allang
verdwenen.'
Français English
|